Lekker herfstweer vandaag. Net als gisteren. Geen kille, nat aanvoelende lucht zoals vorige week, die je zo snel mogelijk weer naar binnen doet verlangen.

Ik kan er slecht tegen.

Via mijn mailbox stuurde iemand me 7 tips om beter tegen de kou te kunnen.

Tip 5 verbaasde me: neem een koude douche. Alhoewel het positieve effect mij uit ervaring bekend is, is het niet iets om dan zomaar dagelijks te gaan doen. Je moet uitvinden wanneer het voor jóu positief effect heeft.

Daarvoor is het belangrijk dat je het vooraf warm genoeg hebt. Warm douchen en koud afspoelen is dan de meest bekende aanrader .

Bij mij, met een mager lichaam, werkt dat niet. Ik sta doorgaans niet te springen onder de warme douche. En heb daarna helemaal geen zin meer om kou te voelen. Het werkt voor mij goed om recht uit bed onder de koude (buiten-) douche te stappen. Kan dan niet stilstaan, moet bewegen en dan gaan alle poriën open en krijg ik het lekker warm.

Op dit moment heb ik een andere manier gevonden om het warm te krijgen door het maken van een stevige wandeling. Voor- en najaar zijn daarbij mijn favoriete wandelmomenten. Liefst meteen ’s morgens. Dertig minuten lopen in een stevig tempo. Dan lóóp je je warm. Zo warm, dat je daarna gerust een koude douche kan nemen. Die combinatie is voor mij prima gebleken. Probeer het eens!

Zo ging ik gisteren dertig minuten stevig aan de wandel. Op een (bijna) nuchtere maag. Een onderdeel van een wandelprogramma voor als je wil afvallen. Aangezien dat geen optie is voor mij, omdat ik juist kilo’s er bij moet zien te krijgen, blijft het bij die 30 minuten. Maar zo perfect als opwarmer voor de dag. Het wekt mijn eetlust op en mijn lichaam is warmgedraaid. En na de koude douche ( doe ik niet elke keer hoor!) ben ik klaar om aan het werk te gaan. In mijn geval schrijfwerk, dus zitten. Een ideale voorbereiding.

Terug naar het lekkere herfstweer van vandaag. En naar een grote ontdekking.

Al ben ik voorstander van vertragen, (Festina Lente) ín mij leven er meerdere types. De oudste daarvan vindt dat ik vooral hard moet werken, met pensioen of niet. Veel werk moet verzetten.

Wandelen hoort daar niet bij. Maar er is ook een nog maar pas geboren typetje in mij en het lukte haar op een bepaald moment om langs die oude knar heen te komen en me in te fluisteren dat werken en wandelen niet alleen allebei met een W beginnen maar dat ze ook gelijkWaardig zijn.

Ze versterken elkaar. Daarom heb ik wandelen vanaf nu gelijkgesteld aan werken en maak er plaats voor in mijn dagritme.

Zag ik het eerst als luxe, inmiddels ervaren hebbend hoeveel beter ik daarna andere activiteiten onderneem, met meer concentratie en efficiënter, ik ga het nu zelfs steeds vaker missen op de dag. Als deze twee soorten beweging elkaar met regelmaat afwisselen voel ik balans.

En wie zoekt er nu niet naar balans?

We kochten voor onze dochter een kinderwagen voor hun baby, die op komst is. Ze koos voor een groene kleur. Ken je dat? Ineens zie je dan overal de groene kinderwagens. Je gaat er op letten. En zo hoor ìk nu overal mensen, die op zoek zijn naar meer balans in hun leven. Eigenlijk zijn wij in grote getale aan het balanceren tussen balans en disbalans. Waar wij vervolgens dan weer gestrest door raken. Een vicieus proces.

Maar er is redding! Wándelen, gewóón wandelen, helpt je weer om in balans te komen. Omdat het langzamer en rustigers gaat. Je ervaart jezelf beter. Komt weer in contact met wat in jou leeft. Na deze lange hete zomerperiode is van buiten terug naar binnen een nog grotere overgang.delen helpt je de warmte weer in jezelf te vinden.

En het lukte me vandaag, om na een ochtend stevig werken, de stoute wandelschoenen aan te doen en de deur achter me dicht te trekken, waar een heerlijk herfstzonnetje naar me lonkte…

Ik wandelde naar een van de oudste sterrenbossen, in Tilburg, de Warande. Een heerlijk overzichtelijk bos omdat je niet kan verdwalen. Hoe je ook loopt, steeds kom je uit in het midden.

Op een groene rotonde met centraal een rustplek met koffie, thee en anders, de Grotto.

De geuren in een herfstig bos zijn heftig. Ik ruik het verval en dat helpt me om me over gegeven aan de gedachte dat het toch ook weer winter gaat worden. En het helpt me dusdanig, dat ik al wandelend zín krijg in de winter. Het binnen zoeken, binnen warm maken wordt al wandelend een

steeds aantrekkelijker optie. Ik zie een kerstboom, overal brandende kaarsen en een flakkerend vuur. En de geuren uit de keuken van de soep en de stoofpot op het vuur vermengen zich met het de geuren in het bos. Je schijnt zelfs geuren langere tijd te kunnen onthouden vertelde mij iemand, die op dat moment zijn geur tijdelijk kwijt was.

En dan zijn er ook nog de herfstkleuren. Het oog zoekt ook wat! Eigenlijk vroeg ik me al eerder af of de hete zomer er voor zou zorgen, dat de herfstkleuren minder mooi zouden zijn. Omdat veel bladeren deze zomer voortijdig verdorden. Maar niets is minder waar. Het komt zelfs op mij over alsof de kleuren een maand later, nu pas hun intensiteit prijsgeven. De natuur is sterk. Heeft zich eerst nog weer hersteld van de hitteaanval. Ik ben daar heel blij mee. Want herfstkleuren moet ik als het ware opdrinken. Dat “drankje” heb ik nodig om de winter door te komen.

Er is een kinderboek uit de serie “de Tierlantijntjes”. Zij maken zo’n drankje. Voor de winter.

Volgens mij komt er deze keer ook een strenge winter. Met net zoveel koude weken als er nu warme weken waren. En dan komt er vast ook weer eens Elfstedenkoorts met daarna een heuse Elfstedentocht. En ijsbloemen op de ramen, sleetje rijden in de Drunense Duinen. Warme chocomelk en erwtensoep. Gladheid en ijsvrij…ho ho ho jij…even jezelf terugfluiten. Je bent aan het wandelen in een herfstig Sterrenbos. De bomen zijn nog lang niet kaal. En het is aangenaam herfstweer. Kijk nog even goed rond voor je terug wandelt naar huis. En geniet er nu van…